Echten

Hiernaast ziet u de toren van de St Laurens kerk in Echten. De foto werd genomen in augustus 2015. Rond het jaar 1000 zou op deze plaats al ene kerk of kapel gestaan hebben. De tegenwoordige kerk heeft in de 17e eeuw zijn vorm gekregen en de toren is van 1879. De toren draagt behalve dit jaartal een tegel waarin de namen staan gegraveerd van de kerkvoogden Sint A. Klijnsma, Cornelis Groeneboom en Evert J. Schreur. In 1511 wordt Echten geschreven als Echtna, liggende in de grietenij Lemster Fyfgae. De naam verwijst mogelijk naar ene voor-germaanse waternaam, wellicht Keltisch. Verschillende onderzoekers hebben aannemelijk gemaakt dat er ook in Friesland voorGermaanse plaats- en waternamen zijn, zoals de Peasens, vroeger een riviertje dat bij Dokkum in zee uitmondde. Verder zijn er zoals gezegd nog de voorbeelden van Acthne, nu Echten en Ruthne, nu Rottum. Zie voor een naamkundige analyse ook de geschiedenis van de rivier de Linde.

Na de overstromingsramp van 1825 was de kerk een toevluchtsoord voor gevluchte mensen en dieren. Het water stond op veel plaatsen anderhalve meter boven het maaiveld. Van de toen 182 woningen in Echten zijn er meer dan 150 zwaar beschadigd of verdwenen. In een brief van 7 februari 1825 schrijft het grietenijbestuur van Lemsterland aan Gedeputeerde Staten dat de toestand onder de bevolking nijpend is. De mensen die alles kwijt zijn werden in kerken en andere gebouwen ondergebracht. Uit de gemeentelijke fondsen kon de armoede niet genoeg bestreden worden, terwijl zich in de kerk van Echten 63 personen bevonden, in de dorpsschool in De Lemmer 31 en in Oosterzee 12 personen.

De uitgang aan de noordkant van de kerk werd in 1974 voor het laatst gebruikt. Gebruik was niet meer mogelijk in verband met de aanleg van de nieuwe weg van Lemmer naar Echtenerbrug.

In 1882 vond een belangrijke uitbreiding van het kerkhof plaats. In 1935 volgde een tweede uitbreiding en in 1982 een derde. In 2002 was er de laatste en grootste uitbreiding. Er bevonden zich in 2006 350 grafzerken op het kerkhof.

Het kerkgebouw uit de 17e eeuw vanaf de achterzijde

Monumentale boerderij met melkkelders uit 1877 tegenover de kerk aan de andere kant van de weg.De melkkelders werden gebruikt voordat de zuivelfabrieken ingevoerd werden. De modernisering van de landbouw kwam ook in dit gebied al in de eerste helft vand e 19e eeuw op gang met de oprichting van de Echtener Veenpolder. Over de geschiedenis van deze Veenpolder is een apart item gemaakt.

Standbeeld bij het gemaal van Echten aan het Tjeukemeer. Het standbeeld is geplaatst op 26 april 1996 en is gerealiseerd door Alie Stoop-Jager en Frits Stoop. Het standbeeld verwijst naar een legende over het ontstaan van het Tjeukemeer. De legende staat in het boek 'de held en de draak'. Eens zou het Tjeukemeer land geweest zijn met veel bos, maar er brak brand uit in het bos. Er liepen twee vrouwen in het bos, Tsjuke en March. Het kan ook zijn dat Tsjuke een scheldwoord was voor een vrouw. Ze hadden ruzie over het antwoord op de vraag of het vuur met de melk die ze bij zich hadden moest worden geblust. Ze schreeuwden tegen elkaar Tsjuke! March! en zo zou de naam Tjeukemeer zijn ontstaan. Voor de watersporter zijn er twee eilanden in het meer gemaakt met de toepasselijke namen Tsjuke en Margjepolle. Lees hier meer over de legende.

samenstelling tekst en lay out pagina: Piet van der Lende